Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen [33]maakten zij mannen uit, die zeiden: Wij hebben hem horen spreken lasterlijke woorden tegen Mozes en God. 33. Grieks wierpen zij daaronder. Als zij met waarheid niet vermochten, keerden zij zich tot de valsheid. Zie dergelijke Matth.26:59.